Theoriekamers

Vragen en oefeningen

Beargumenteer waarom het beroep van ingenieur volgens jou wel/geen professie is.

argumenten voor het ingenieursberoep als professie zijn: - de specifieke expertise van ingenieurs - het publieke karakter van de goederen die ingenieurs produceren (veilighied, gezondheid en welzijn voor het publiek) argumenten tegen: - ingenieurs zijn doorgaans niet autonoom, want in dienst van werkgevers - ingenieurswerk is collectief werk - ingenieurs zijn niet opgenomen in de Nederlandse beroepenwetgeving

 

Kies een beroepscode uit (zie voor de tekst van diverse codes de boekenkast in deze kamer). In hoeverre is er volgens jou in deze code sprake van onderling tegenstrijdige bepalingen? Legt uit op welke punten dat het geval zou kunnen zijn en waarom.

 

 

Kies een beroepscode uit (zie voor de volledige tekst van diverse codes de boekenkast in deze kamer). Geef voor alle bepalingen in deze code aan of ze volgens jou utilistisch, Kantiaans of deugdethisch geinspireerd zijn. Beargumenteer je antwoord.

 

 

Leg uit welke relatie er bestaat tussen professionele autonomie en beroepscodes.

 

Beroepsgroepen met een grote professionele autonomie beschikken doorgaans over grote maatschappelijke macht. De keerzijde daarvan is dat de professie die macht op verantwoordelijke wijze moet uitoefenen, anders zou de samenleving die autonomie wel eens ter discussie kunnen stellen. Er is als het ware een stilzwijgend contract tussen beroepsgroep en samenleving, dat de professie een grote handelingsvrijheid heeft, mits zij die op verantwoorde wijze gebruikt. Beroepscodes zijn enerzijds bedoeld om zulk verantwoord gedrag te bevorderen, en anderzijds om de buitenwacht te laten zien dat men er op kan vertrouwen dat de beroepsgroep verantwoord zal handelen.

Op grond van welke kenmerken is het problematisch het ingenieursberoep een 'professie' te noemen? Antwoord met ja of nee.
A. ingenieurs zijn doorgaans niet zelfstandig gevestigd, maar in dienst van een werkgever
B. ingenieurs leggen geen beroepseed af
C. ingenieurs vormen een te heterogene groep beroepsbeoefenaren
D. ' ingenieur' is geen door beroepenwetgeving beschermd en gereguleerd beroep E. ingenieurs leveren geen publiek goed

 

A. ja
B. nee
C. nee
D. ja
E. nee

Op welke domeinen hebben beroepscodes voor ingenieurs doorgaans betrekking? Antwoord met ja of nee.
A. maatschappelijke verantwoordelijkheid
B. honorarium voor geleverde diensten
C. integriteit
D. verplichtingen naar klanten
E. omgang met collega's
F. verplichtingen naar opdrachtgevers
G. rechten ten opzichte van werkgever H. competente beroepsuitoefening

 

A. ja
B. nee
C. ja
D. ja
E. ja
F. ja
G. nee
H. ja

Waarmee zijn de bepalingen van een beroepscode volgens Jonsen & Toulmin het best te vergelijken?
A. met een algorithme
B. met juridische regels
C. met vuistregels
D. met gewoontes

 

C

Wat is de functie van een aspirationele beroepscode?
A. deze code geeft richtlijnen voor het handelen van professionals
B. deze code voorkomt misstanden in de beroepsuitoefening
C. deze code formuleert de idealen die in de beroepsgroep nastrevenswaardig worden geacht
D. de code fungeert als basis voor tuchtrechtspraak binnen de beroepsgroep

 

C

Wat is volgens Chadwick de meest wenselijke relatie tussen beroepsethiek en publieke moraal?
A. beroepsethiek en publieke moraal staan volledig los van elkaar
B. beroepsethiek en publieke moraal zijn geheel identiek
C. beroepsethiek is geworteld in de publieke moraal
D. de publieke moraal is geworteld in de beroepsethiek

 

C

Wat wordt verstaan onder 'een integere beroepsuitoefening'?
A. alleen werk aannemen dat bij je opleiding en ervaring past
B. dat je je vakgebied moet bijhouden
C. dat je je beroep met enthousiasme uitoefent
D. dat je waarheidsgetrouw, betrouwbaar en onafhankelijk te werk gaat

 

D

Welke bezwaren worden wel tegen beroepscodes aangevoerd? Antwoord met ja of nee.
A. de regels in beroepscodes zijn vaag
B. clienten of patienten van een professie weten niet wat de beroepscode inhoudt
C. de regels in een beroepscode zijn vaak onderling tegenstrijdig
D. beroepscodes zijn overbodig omdat ze niet meer richting geven dan de algemene, publieke normen en waarden
E. handhaving van een beroepscode is te arbeidsintensief E. beroepscodes zijn een ideologie die de machtspositie van een professie verhult

 

A. ja
B. nee
C. ja
D. ja
E. nee

Welke eigenschappen kenmerken een professie? Antwoord met ja of nee.
A. de beroepsbeoefenaren beschikken over specifieke expertise
B. de beroepsbeoefenaren leggen een beroepseed af
C. de beroepsbeoefenaren hebben een geheimhoudingsplicht
D. de beroepsbeoefenaren beschikken over professionele autonomie
E. de beroepsgroep heeft grote maatschappelijke macht
F. de beroepsgroep levert een publiek goed
G. de beroepsgroep heeft het monopolie op het leveren van een bepaalde dienst

 

A. ja
B. nee
C. nee
D. ja
E. nee
F. ja
G. ja

Welke van de volgende beroepen is geen professie?
A. advocaat
B. laborant
C. dominee
D. internist

 

B

Welke waarden worden doorgaans beschouwd als richtinggevend voor het werk van ingenieurs? Antwoord met ja of nee.
A. veiligheid
B. efficientie
C. loyaliteit aan werkgever
D. gezondheid en welzijn van het publiek

 

A. ja
B. nee
C. ja
D. ja

Zoek in de krant of op internet een casus die een ethisch probleem op jouw vakgebied schetst. Zoek eveneens een beroepscode op dit vakgebied (zie voor de volledige tekst van diverse codes de boekenkast in deze kamer). Wat zou volgens deze beroepscode in de door jouw gekozen casus een verantwoorde handeling zijn? Leg uit waarom.